Els Visser deed promotieonderzoek in het UMC Utrecht én liep in de afgelopen twee jaar 9 triatlons. Daarnaast is ze volop bezig met haar profstatus als triatleet. Zo’n profstatus geeft je toegang tot wedstrijden, tot meedingen naar prijzengeld en het geeft potentiële sponsors de zekerheid dat je leeft voor je sport. Daarnaast is Els gepromoveerd op 28 november, op een studie over factoren die van invloed zijn op de overleving van slokdarmkankerpatiënten die een operatie ondergaan.
“Eigenlijk begonnen mijn promotie en mijn triatloncarrière ongeveer op hetzelfde moment, in 2015-2016”, vertelt Els. “Maar het promotieplan was er eerder. Ik had het zesde jaar van mijn studie geneeskunde al voorgesorteerd naar een promotieplaats, al was het nog niet zeker dat ik die ook echt zou kunnen krijgen. Gelukkig kwam het in orde, en kon ik in augustus 2015 als arts-onderzoeker aan de slag in de ‘OesMaag’-onderzoeksgroep van Richard van Hillegersberg, die studies doet naar de chirurgische behandeling van slokdarm- en maagkanker.”
Overleving bij slokdarmkanker
“Ik heb twee jaar fulltime gewerkt als arts-onderzoeker”, gaat Els verder. “Met heel veel plezier en gedrevenheid. De OesMaag-groep is groot en super-stimulerend, en er wordt kwalitatief heel goed onderzoek gedaan. Mijn promotieonderzoek ging over de factoren die de overleving van slokdarmkankerpatiënten beïnvloeden. Ik heb bijvoorbeeld gekeken naar de invloed van wachttijd voor een operatie. Het bleek dat een wachttijd van 5 tot 10 weken de overleving niet negatief beïnvloedt. Tijdens die wachttijd is er dus ruimte om patiënten in een betere conditie te krijgen en aan hun voedingsstatus te laten werken voordat ze geopereerd worden. Daar heb je nog tijd voor. Hoe scherper het zicht op dit soort factoren, hoe groter de kans dat je iets kunt ontwikkelen om die overleving te laten toenemen. Bovendien keek ik of deze bevindingen konden worden benut om meer maatwerk te maken van de patiëntenzorg.”
Analyse genetisch materiaal
“Daarnaast heb ik gekeken of er genetische afwijkingen te identificeren zijn bij mensen met slokdarmkanker. Er zijn andere tumorsoorten waarbij je specifieke afwijkingen ziet in patiënten. Als die er ook zouden zijn bij slokdarmkankerpatiënten, willen we dat natuurlijk graag weten. Ofwel om die te behandelen, ofwel om ze te benutten als indicator van de werkzaamheid van bepaalde behandelingen. Als je bijvoorbeeld op basis van genetisch materiaal kunt voorspellen dat mensen weinig baat zullen hebben bij chemotherapie of radiotherapie, dan kun je hen die behandeling en de bijwerkingen ervan ook besparen. Ik heb wel kenmerkende afwijkingen gevonden, maar (nog) geen specifieke genen geïdentificeerd. Dat zou je in vervolgstudies kunnen onderzoeken; mijn onderzoek is dan een grond om dat soort onderzoek op te tuigen.”
Triatlon
Naast haar promotieonderzoek timmerde Els ook hard aan de weg als professioneel triatleet. “Dat begon niet zoveel later”, aldus Els. “In augustus 2016 deed ik mee aan een sprint-triatlon in Amsterdam. Kort daarna vertelde een collega van mij over Ironman-wedstrijden. Ik wist daar nauwelijks iets van, maar het klonk intrigerend en ik ging er meer over zoeken. Het gaat over onmogelijke afstanden; het zijn bizarre races. Maar dat trok mij juist wel; het leek me een gave uitdaging om zoiets een keer aan te gaan. En ik dacht: ‘Als ik straks als arts in de kliniek werk, heb ik dienstroosters en verplichtingen, dan heb ik niet meer de vrijheid om zo’n avontuur aan te gaan.’ Dus ik besloot me in te schrijven voor de hele triatlon, de Ironman in Zürich, in juli 2017. Ik had 10 maanden om er naartoe te werken. Ik deed al aan hardlopen, had eerder al eens meegedaan aan een marathon, en ik had vroeger ook wel gezwommen, maar fietsen was compleet nieuw.”
“Om een lang verhaal kort te maken: ik heb me die tien maanden de blubber getraind om überhaupt de kans te hebben om hem te volbrengen, en het resultaat was totaal verbluffend. Ik kwam als eerste amateur over de finish, en als vierde in het profveld; bij mijn debuut! Ineens bleek ik een talent te hebben dat ik daarvoor niet kende, en dat was een geweldige ervaring. Ik heb er een maand over gedacht, en toen de keuze gemaakt om de profstatus aan te vragen, en verder te gaan als professioneel triatleet.”
Hoofd- en bijbaan
“De keuze voor profsport betekende dat mijn ‘hoofd- en bijbaan’ van plaats moesten wisselen. Ik was geen arts-onderzoeker meer die daarnaast triatlons liep, ik werd een triatleet die daarnaast een promotieonderzoek deed. Hoe daarop gereageerd werd door mijn onderzoeksgroep? In het allereerste begin waren ze wel gereserveerd over mijn keuze Maar er waren twee dingen die enorm hielpen. In de eerste plaats was ik gewoon vastbesloten, en het was dus voelbaar dat dit hoe dan ook de weg was die ik zou gaan. Ten tweede is mijn promotor Richard van Hillegersberg heel positief over topsport; zijn gezin sport goed en fanatiek, en hij vergelijkt chirurgie ook met topsport. Alles bij elkaar heb ik me gesteund gevoeld om te doen waarvan ik droomde. Nooit spijt gehad, hoewel ik natuurlijk ook de keerzijde heb ondervonden: vooral dat er gewoon geen ruimte meer is voor een normaal sociaal leven.”
Na de promotie
“De promotie is een mijlpaal, maar verandert niet de keuze die ik gemaakt heb. Ik heb sinds Zürich een enorme progressie geboekt en bijzondere resultaten behaald. Zo heb ik de Ironman in Maastricht gewonnen en stond ik dit jaar op de wereldkampioenschappen in Hawaii. Het is een ongelofelijk avontuur om te kijken waar mijn talent mij kan brengen, want ik kan nog altijd verder reiken. Dat betekent dat ik na de promotie geen opleiding tot specialist zal ingaan. Zoals ik nu naar de toekomst kijk, wil ik mij richten op een combinatie van mijn medische achtergrond en mijn topsportcarrière. Mijn professionele leven zal in het teken staan van preventie van ziekten, stimuleren van gezond leven, gezonde leefstijl, goede voeding. Ik zou in principe over een paar jaar op die keuze kunnen terugkomen en alsnog een specialisatie kunnen kiezen, maar dat zie ik zelf niet gebeuren. Dit is wat ik wil en wat ik ben. Inmiddels ben ik ambassadeur van Join for Joy, dat onder meer projecten opzet om Afrikaanse kinderen spelenderwijs te informeren over onderwerpen als vrouwenrechten of anticonceptie.”
“Ik heb alles overwogen. Dat ik geen mensen in een 1-op-1 behandelrelatie kan helpen. Maar ik weet dat ik evengoed mensen kan helpen, al zijn het mensen die niet kunnen weten dat ze ziek zouden zijn geworden als ze hun leefstijl niet hadden aangepast, mede door de invloed van een dokter die geen dokter werd, maar een hele goede triatleet, die hen hielp om voor zichzelf te kiezen.”